Biertje?

Jasper Winkes

De intro is nog niet ten einde en de zin in een biertje is er al weer. Helaas bezit het gros van de mensen nog geen thuistap en dus wordt voor het bier uit de fles gekozen. Nu onderscheiden de Werktuigbouwers zich van de rest: waar de rest van de mensen haastig op zoek gaat naar een flessenopener om het flesje te openen, zal een gemiddelde Werktuigbouwer op zoek gaan naar de snelste manier om dit te doen.

Er zijn een aantal methoden waarmee u de kroonkurk van de het biertje af kunt krijgen. U kunt natuurlijk de dop er simpelweg aftrekken als er een lipje aan zit, of met een soepele draai wanneer het een draaidop betreft. Gelukkig is het gros van de biertjes in Nederland nog uitgerust met een ouderwetse kroonkurk, zoals deze in 1892 is bedacht door de naar Amerika geëmigreerde Ier William Painter.

De hefboom

De bekendste methode om een bierfles te openen, is indirect eigenlijk door Archimedes bedacht. Zoals Archimedes vroeger al zei: Geef mij een vast punt en ik zal de aarde verplaatsen. Hierop zijn feitelijk alle flesopeners gebaseerd: de hefboom. Bij de hefboom wordt een kleine kracht in combinatie met een grote beweging omgezet in een grote kracht met een kleine beweging, welke nodig is om de tandjes van de kroonkurk te verbuigen.

Waar het gros van de standaard openers gebruik maken van een secundaire hefboom, zal bij het openen zonder deze openers al snel gebruik moeten worden gemaakt van een primaire hefboom. Het steunpunt wordt hierbij bijna altijd de hand, welke tevens het flesje vasthoudt. Als hefboom kan nu een verscheidenheid aan middelen worden gekozen. Dit kan met behulp van een ander bierflesje, vol of leeg. Aanstekers, bestek, gereedschap en zelfs kranten kunnen gebruikt worden. Om met behulp van een krant een biertje open te maken, dient een vel van een krant enkele malen samen gevouwen te worden en vervolgens heel strak opgerold te worden waarna de rol wordt dubbelgevouwen; de uiteinden van de vouwlijn zijn nu sterk genoeg om een dopje eraf te wippen.

Domme kracht

Een andere methode, welke ook eenvoudig gaat, is het gebruiken van domme kracht: door de kroonkurk op een hard oppervlak te zetten, kunt u, door de fles naar onderen te trekken, de dop eraf laten springen. Deze methode werkt bijzonder goed wanneer u twee flesjes tegelijkertijd aan één krat wilt open maken.

Massatraagheid

Een andere methode om de kroonkurk van een fles af te krijgen, is door met een hard voorwerp, bijvoorbeeld een mes, met een redelijke snelheid tegen de gekartelde rand van de dop aan te slaan. Probleem is echter, dat u moet voorkomen dat u eerst de verdikking in het glas raakt; de kans is dan groot dat u de fles kapot slaat.

Kroonkurk, de historie

Als je de kroonkurk eens goed bekijkt dan zul je zien dat deze standaard 21 inkepingen heeft. Dit is niet een willekeurig gekozen aantal: de Amerikaanse uitvinder, William Painter, was er na lang experimenteren achter gekomen, dat dit aantal inkepingen de fles het beste afsluit. Hij noemde zijn vinding kroonkurk, omdat aan de binnenkant van de kroonkurk een laagje kurk zit en de vorm hem aan een kroon deed denken.

Eind negentiende eeuw waren er reeds 150 patenten aangevraagd op flessenafsluiters, velen bleken echter te complex of sloten niet goed genoeg af, waardoor de koolzuur kon ontsnappen, of de afsluiter tastte het bier aan. In 1885 presenteerde Painter al een afsluiter, waarbij een rubberen plaat met canvas op een fles wordt gedrukt en blijft haken in groeven op de flessenhals. Deze dop bleek echter niet bijzonder betrouwbaar.

De huidige kroonkurk die hij in 1891 uitvond, wordt daarom ook niet meteen vertrouwd. Om de twijfel bij de bierbrouwers weg te nemen, laat hij een groot schip enkele kratten met bier achter zich aanslepen op een lange reis naar Zuid-Amerika. Toen bij terugkomst bleek dat het bier nog steeds goed was, waren de bierbrouwers overstag. De kroonkurk blijkt niet alleen de beste, maar ook nog eens de goedkoopste optie van allen te zijn; een staaltje van goed ingenieurswerk dus. In 1970 maakte de kurk in de kroonkurk plaats voor een plastic laagje, waarna de ontwikkeling van de kroonkurk feitelijk gestopt is.

Zoals Painter ooit tegen goede vriend King Camp Gillette, uitvinder van het wegwerpscheermesje, zei: Een goede uitvinding is een voorwerp dat mensen gebruiken, weggooien en vervolgens opnieuw kopen, daar verdien je geld mee. Denk daar maar eens over na, als je het zoveelste flesje open knalt.

Publicatie verschenen in Simon Ster 36.6